- Barajar
ActivarDesactivar
- Alphabetizar
ActivarDesactivar
- Frente Primero
ActivarDesactivar
- Ambos lados
ActivarDesactivar
- Leer
ActivarDesactivar
Leyendo...
Cómo estudiar sus tarjetas
Teclas de Derecha/Izquierda: Navegar entre tarjetas.tecla derechatecla izquierda
Teclas Arriba/Abajo: Colvea la carta entre frente y dorso.tecla abajotecla arriba
Tecla H: Muestra pista (3er lado).tecla h
Tecla N: Lea el texto en voz.tecla n
Boton play
Boton play
121 Cartas en este set
- Frente
- Atrás
aantrekken - atraer
|
zijn aangetrokken
|
afspreken - citar
|
hebben afgesproken
|
afwassen - fregar
|
hebben afgewassen
|
bakken - freír
|
hebben gebakken
|
bederven - estropear
|
is bedorven
|
beginnen - comenzar
|
zijn begonen
|
begrijpen - entender
|
hebben gebrepen
|
besluiten - decidir
|
hebben besloten
|
bestaan - existir
|
zijn bestaan
|
bewegen - mover
|
hebben bewogen
|
bezoeken - visitar
|
hebben bezocht
|
bieden - ofertar
|
hebben aangeboden
|
bijten - morder
|
hebben gebeten
|
binden - atar
|
hebben gebonden
|
blijken - aparentar / aclarar
|
is gebleken
|
blijven - permanecer
|
zijn gebleven
|
breken - romper
|
hebben gebroken
|
brengen - traer
|
hebben gebracht
|
buigen - inclinar
|
heeft gebogen
|
denken - pensar
|
hebben gedacht
|
doen - hacer
|
hebben gedaan
|
dragen - usar
|
hebben gedragen
|
drinken - beber
|
hebben gedronken
|
duiken - bucear
|
heeft/is gedoken
|
dwingen - presionar
|
heeft gedwongen
|
eten - comer
|
hebben gegeten
|
fluiten - chiflar
|
heef gefloten
|
gaan - ir
|
is gegaan
|
genieten - disfrutar
|
heeft genoten
|
grijpen - agarrar
|
heeft gegrepen
|
hangen - colgar
|
hebben gehangen
|
hebben - tener
|
hebben gehad
|
helpen - ayudar
|
hebben geholpen
|
heten - llamada
|
heeft geheten
|
houden/ houden van - mantener o amar
|
hebben gehouden
|
inladen - cargar
|
heeft ingeladen
|
inschrijven - inscribir
|
heeft ingeschreven
|
invullen - rellenar
|
heeft ingevuld
|
kiezen - elegir
|
hebben gekozen
|
kijken - mirar
|
hebben gekeken
|
klinken - sonar
|
heeft geklonken
|
komen - venir
|
zijn gekomen
|
kopen - comprar
|
hebben gekocht
|
krijgen - conseguir
|
hebben gekregen
|
kunnen - poder
|
hebben gekund
|
lachen - reír
|
hebben gelachen
|
langskomen - pasar visitar
|
is langsgekomen
|
laten - dejar
|
hebben gelaten
|
lezen - leer
|
hebben gelezen
|
liegen - mentir
|
heeft gelogen
|
liggen - mentir
|
hebben gelegen
|
lijken - parecerse / cadaveres
|
heeft geleken
|
lopen - caminar
|
hebben gelopen
|
meebrengen - traer
|
heeft meegebracht
|
moeten - tener
|
hebben gemoeten
|
mogen - poder
|
hebben gemogen
|
nadenken - reflexionar
|
heeft nagedacht
|
nemen - tomar
|
hebben genomen
|
ontbijten - desayunar
|
hebben ontbeten
|
ontbreken - falta
|
heeft ontbroken
|
ontstaan - surgir
|
ontstaan
|
ophangen - colgar
|
heeft opgehangen
|
opschieten - disparar
|
is opsgeschoten
|
opschieten - disparar
|
is opsgeschoten
|
opstaan - levantarse
|
is opgestaan
|
optreden - actuar
|
heeft opgetreden
|
overgeven - devolver
|
heeft overgegeven
|
oversteken - cruzar
|
is overgestoken
|
rijden - manejar
|
hebben / zijn gereden
|
roepen - gritar
|
hebben geroepen
|
ruiken - oler
|
heeft geroken
|
schenken - servir/ regalar
|
heeft geschoken
|
schieten - disparar
|
heeft geschoten
|
schijnen - brillar
|
heeft geschenen
|
schrijven - escribir
|
hebben geschreven
|
schrikken - asustar
|
is geschrokken
|
schuiven - deslizar
|
heeft geschoven
|
slaan - golpear
|
heeft geslagen
|
slapen - dormir
|
hebben geslapen
|
sluiten - cerrar
|
hebben gesloten
|
snijden - cortar
|
hebben gesneden
|
spreken - hablar
|
hebben gesproken
|
springen - saltar
|
hebben gesprongen
|
staan - estar
|
zijn gestaan
|
steken - clavar
|
hebben gestoken
|
stelen - robar
|
hebben gestolen
|
sterven - morir
|
zijn gestorven
|
stinken - apestar
|
heeft gestonken
|
thuiskomen - ir a casa
|
is thuisgekomen
|
treffen - alcanzar
|
hebben getroffen
|
trekken - halar
|
hebben getrokken
|
uitladen - descargar
|
heeft uitgeladen
|
uittrekken - quitar
|
hebben uitgetrokken
|
vechten - luchar
|
heeft gevochten
|
verdwijnen - desaparecer
|
is verdwenen
|
vergeten - olvidar
|
hebben / zijn vergeten
|
verliezen - perder
|
hebben verloren
|
verstaan - entender
|
hebben verstaan
|
vertrekken - partir
|
zijn vertrokken
|
vinden - encontrar
|
hebben gevonden
|
vliegen - volar
|
hebben / zijn gevlogen
|
voorkómen - prevenir
|
hebben voorkomen
|
vóórkomen - sucedido
|
is voorgekomen
|
vragen - preguntar
|
hebben gevraagd
|
vriezen - congelar
|
het heeft gevroren
|
wassen - lavar
|
hebben gewassen
|
weten - saber
|
hebben geweten
|
wijzen - señalar
|
hebben gewezen
|
willen - desear
|
hebben gewild
|
winnen - ganar
|
hebben gewonnen
|
worden - convertir o palabras
|
zijn geworden
|
zeggen - decir
|
hebben gezegd
|
zenden - enviar
|
heeft gezonden
|
zien - ver
|
hebben gezien
|
zijn - ser
|
zijn geweest
|
zingen - cantar
|
hebben gezongen
|
zinken - hundir
|
is gezonken
|
zitten - sentar
|
hebben gezeten
|
zoeken - buscar
|
hebben gezocht
|
zwemmen - nadar
|
hebben / zijn gezwommen
|
zwijgen - callar
|
heeft gezwegen
|